Op 12 juni bezocht ik een conferentie over “het definiëren, toetsen en ontwikkelen van interculturele competenties”. De conferentie was georganiseerd door Sietar en de Hogeschool Utrecht. Naast het in de titel genoemde onderwerp, ging het ook vaak over internationalisering van het onderwijs.
Bij twee van de drie keynote sprekers stond de toenemende internationalisering van het (hoger) onderwijs centraal. Deze trend maakt het noodzakelijk dat er meer en betere aandacht wordt gegeven aan interculturele competenties in het onderwijs. Buitenlandse stages bieden een mogelijkheid hiertoe. De studentenpopulatie wordt echter ook steeds internationaler, dus mogelijkheden genoeg om interculturele competenties te oefenen.
Wat zijn die competenties en hoe meet je ze? “Cultuur” is een veelduidig begrip, waar moeilijk vat op te krijgen is. Een van de sprekers haalde Coen Simons aan, die zei dat ‘cultuur, naast een verzameling gebruiken toch vooral het geëmmer daarover is’. Ik moest onmiddellijk denken aan de honderden definities van cultuur in het boekje van Kroeber en Kluckhohn uit 19521. Het definiëren van “cultuur” is niet zinvol. Er zijn in de antropologische literatuur betere manieren te vinden om met het begrip om te gaan.
Naast de drie keynote sprekers waren er 23 workshops en (poster)presentaties. Moeilijk om een keuze te maken. Ik had ze allemaal wel willen bijwonen.
Bij alle keynote sprekers en workshops viel mij op dat er nauwelijks werd ingegaan op de inhoud van de competenties: welke kennis en inzichten heeft iemand nodig om effectief intercultureel te kunnen communiceren?
Mijn eigen antwoord hierop als antropologe zal niet verbazen. Voor effectieve communicatie is in de eerste plaats een gedegen etnografische kennis nodig. Hoewel: tijdens de plenaire einddiscussie vertelde één van de deelneemsters dat ze voor vertrek naar een project in een West Afrikaans land alles had gelezen wat ze kon vinden, maar in het land zelf toch het idee had dat ze opgesloten zat in haar eigen culturele ballon.
Volgens mij vermindert dit de waarde en het belang van culturele kennis niet. Naast kennis is natuurlijk ook een open, nieuwsgierige geest nodig. Ik wil niet zeggen dat de bovengenoemde spreekster daar niet over beschikte. Ik denk wel dat de stap in het diepe, uit de eigen vertrouwde bubbel, voor veel mensen moeilijk is.
Is dit een vaardigheid die je in het onderwijs kan trainen? In ieder geval niet als je binnen je vertrouwde omgeving blijft. Maar ook in Nederland kan je het onbekende opzoeken.
Tijdens mijn opleiding deden we een korte stage op het Nederlandse platteland. De docenten gingen er kennelijk van uit dat alle studenten stadsmensen waren, voor wie het platteland een andere cultuur betekende. Dat klopte uiteraard niet en voor studenten uit een agrarisch milieu zou een stage in een stedelijke volksbuurt leerzamer zijn geweest.
Mijn tweede punt naar aanleiding van de conferentie als geheel is dat er vrijwel geen input was vanuit andere culturen. Ik miste de ideeën van denkers uit andere werelddelen en culturen. Zowel het publiek als de sprekers waren voor het overgrote deel autochtone Nederlanders. Ik hoop bij een volgende conferentie op een internationaler en meer intercultureel publiek en sprekers.
1. Alfred L. Kroeber and Clyde Kluckhohn, Culture: a critical review of concepts and definitions.
Cambridge, Mass, The Museum, 1952
Afbeelding: Symbol Table for Non-verbal communication with patients van Fernando Alonso Vendrell op Wikimedia, Public Domain.
Hallo Trudeke, dank je wel voor je column, erg interessant en ik wil er graag een reactie op geven vanuit mijn persoonlijke en professionele ervaring. In mijn vak als HRM deskundige adviseer en coach ik managers en medewerkers in het bespreken, beoordelen en ontwikkelen van competenties. Met name bij gedragscompetenties is het cruciaal dat het gewenste gedrag concreet en meetbaar beschreven is. Vaak kan dat per organisatie of bedrijf verschillend zijn wat men als gewenst gedrag verstaat. Een voorbeeld is de competentie klantvriendelijkheid; bij een groot uitzendbureau waar ik voor gewerkt heb was het gewenst om de telefoon op te nemen voordat de beltoon drie keer gehoord werd, maar bij een onderwijsorganisatie werd het opnemen van de telefoon binnen een bepaalde tijd niet benoemd als essentieel gedrag voor deze competentie. Mijn ervaring is dat veel organisaties vaak blijven steken in het definiëren van de competentie in zijn algemeenheid (of zelfs de competentie alleen benoemen), en dat het noodzakelijk is om een niveau dieper te gaan en te bespreken welk gedrag je wilt zien, belonen en ontwikkelen (om organisatie doelstellingen te behalen). Ik kan me daarom voorstellen dat het op de bijeenkomst wellicht algemeen en aan de oppervlakte bleef. Overigens hebben veel grotere adviesbureaus als Hay Consultancy en PiCompany uitstekende (maar algemene) competentieboeken met uitgewerkte gedragscriteria; deze kun je uiteraard context specifiek maken en daarna gebruiken voor je eigen organisatie of bedrijfstak. Wat betreft de interculturele competentie; mijns inziens is er niet 1 interculturele competentie maar zou je beter spreken van een verzameling competenties als luisteren, observeren, openstaan, sensitiviteit, aanpassingsvermogen, opbouwen van relaties, mondelinge communicatie, en misschien nog wel een paar meer om je interculturele vaardigheid aan te tonen. De Intercultural Readiness Check van IBI is daar een goed voorbeeld van en deze is ook goed uitgewerkt als het gaat om meetbaar gedrag op verschillende competenties.
Als het gaat om (etnografische) kennis; ik houd persoonlijk erg van in het diepe springen, en heb me tijdens mijn 10 jaar woon- en werkervaringen in Afrika, Azië en Australië nooit echt goed voorbereid op de cultuur van het land waar ik naar toe ging verhuizen. Ik las misschien een roman die over het land ging, en keek een film met mijn moeder – toen ik naar Mongolië verhuisde – maar verder dan een diepere verkenning van het boeddhisme kwam ik niet vooraf. Voor mij is het eerder een genot om me volledig en zonder voorkennis te kunnen verliezen in een andere culturele context. Ik heb me nooit opgesloten gevoeld in mijn eigen culturele bubble. Met verwondering en overgave kom je een heel eind hoewel ik me ook geen illusies maak; ik zal altijd een buitenstaander blijven en dat is prima.
Ik ben het van harte met je eens dat het raadzaam is om studenten in het hoger onderwijs daadwerkelijk uit hun culturele comfortzone te halen. Zoals je zegt kan dat al heel gemakkelijk in ons eigen land om mee te beginnen. En voor een goed resultaat zou je inderdaad vooraf elke student kunnen laten nadenken over zijn of haar eigen culturele achtergrond, normen en waarden, om samen te bepalen welke omgeving een ander perspectief kan bieden. Een mooie uitdaging voor ons, mijn handen jeuken in ieder geval om hiermee aan de slag te gaan!